Rosenkavelier

Juni 2017


Het Sweelinckorkest speelde o.l.v. Konradin Herzog in een vol Concertgebouw het volgende prachtige romantische programma:

Robert Schumann – Symfonie nr. 3 ‘Rheinische’
Richard Wagner – Prelude ‘Die Meistersinger von Nürnberg’
Anton Webern – Passacaglia, op. 1
Richard Strauss – Suite uit ‘Der Rosenkavalier’

Symfonie nr. 3 ‘Rheinische’ was de derde en laatst gecomponeerde symfonie van Robert Schumann. Het werk werd de spontaanste en gelukkigste uit zijn reeks genoemd, wellicht omdat hij in deze symfonie de rivier de Rijn muzikaal wilde verklanken.

Na de pauze klonk de prelude uit ‘Die Meistersinger von Nürnberg’ van Richard Wagner, een opera gebaseerd op de geschiedenis van de Duitse minne- en meesterzangers zoals Hans Sachs en Walther von der Vogelweide. In de Prelude klonk een statig en ceremonieel thema dat de meesterzangers introduceerde.

‘Passacaglia’ van Anton Webern was het meest moderne werk van dit programma, maar nog steeds Duitse romantiek te noemen. In het stuk hoorde men een baslijn waaromheen steeds nieuwe stemmen klonken. Hoewel ‘Passacaglia’ niet het eerste werk van Webern was, was dit wel het eerste werk waar hij echt trots op was en noemde hij het opus 1.

Het voorjaarsprogramma sloot af met Suite uit ‘Der Rosenkavalier’, wellicht het meest uitdagende werk waar het orkest zich met dit programma aan waagde. De suite omvat de orkestrale hoogtepunten uit de opera ‘Der Rosenkavalier’, waarbij de muziek – ondanks de gelijktijdige experimenten van Schönberg en Stravinsky – wel degelijk de tijdgeest weerspiegelt. Tegelijkertijd hoorde men echo’s van Mozart en Verdi-achtige smeuïgheid, afgewisseld met oer-Weense walsen, alles gekleurd met Strauss’ laatromantische, ‘overrijpe’ harmoniek.

Mobirise

Made with ‌

HTML Code Creator